Blauw-Zwart heeft afgelopen zaterdag met gemengde gevoelens afscheid genomen van de competitie 2021-2022 in de derde klasse. Weliswaar verzekerd van een langer verblijf op dit amateurniveau, bakten de mannen van hoofdsponsor Lagerberg Verhuisgroep er in de uitwedstrijd tegen het Leidse Lugdunum bitter weinig van. Vrijwel niets lukte er bij de Wassenaarders en de thuisploeg was op alle fronten slimmer, sneller en doeltreffender. De eindstand, 5-2 voor de Leidenaren was bijna beschamend omdat Lugdunum na ruim een half uurtje spelen al met tien man verder moest na een rode kaart wegens natrappen.
Het eerste kwartier leek het een frisse, in evenwicht zijnde pot voetbal te worden. De Blauwen combineerden er vrolijk op los, hetgeen al in de 14e minuut tot de 0-1 voor de bezoekers leidde door (alweer) Illiass Assabban. Vrijwel in dezelfde minuut mocht de Leidse ‘man of the match’, good old Koos de Haas vrij aanleggen voor een fraaie schuiver die zelfs de klasse-keeper van de Blauwen verraste (1-1) .
De ploeg van de afscheid nemende trainer Jos van der Helm kreeg nog een paar fraaie kansen, maar miste die keer op keer. Vanaf dat moment lukte er eigenlijk niets meer. Persoonlijke duels werden verloren, de Leidenaren benutten alle vrije ruimten, de Wassenaarse verdediging hield open huis in het stralende zonnetje en de bezoekende ploeg bewees eens te meer de bekende voetbalstelling: als je zelf de doelpunten niet kunt maken dan doet de tegenstander dat wel! De fouten stapelden zich op, de lepe Koos de Haas legde de Blauw-Zwarte verdediging over de knie. Resultaat: een stand van maar liefst 5-1 kort voor tijd.
Voor de na een lange blessureperiode terugkerende Blauw-Zwart verdediger Jordi Lubbe kreeg de teleurstellende pot voetbal gelukkig nog een aardig slot. Hij viel in de 80e minuut in en mocht direct een strafschop voor de Blauwen nemen (na hands van een Leidse verdediger). En dat lukte nou eens wel: het werd 5-2. Het ontlokte de teleurgestelde Wassenaarse supporters en hoofdsponsor Lagerberg Verhuisgroep tenminste nog een klein glimlachje bij het verlaten van de Kikkerpolder.