Onlangs werd er in de raadsvergadering een initiatiefvoorstel besproken om de opkomst bij de komende gemeenteraadsverkiezingen in 2026 te verbeteren. Ofschoon de opkomst in Wassenaar hoger ligt dan het landelijk gemiddelde, blijven er – in vergelijking tot de landelijke verkiezingen – veel stemgerechtigden thuis.
Het initiatiefvoorstel viel niet echt in goede aarde. Vooral het voorstel van Hart van Wassenaar om geld van de belastingbetaler te gebruiken om partijen te steunen in hun campagne, viel bij de meeste partijen slecht. Bij de constatering dat inwoners onvoldoende zicht hebben op de politiek, had de initiatiefnemer echter wel een punt.
Veel mensen denken dat het college van burgemeester of wethouders besluit wat er in een gemeente gebeurt. De werkelijkheid is, dat de raad het hoogste orgaan is in gemeenteland. De raad controleert of het college doet wat de raad heeft besloten.
Soms komt het voor dat een collegelid zich niet aan zijn opdracht houdt. Als een wethouder zijn eigen gang gaat, kan dat leiden tot een motie van afkeuring of, erger, een motie wantrouwen en moet de wethouder aftreden.
Geruzie in de raad en het zich extreem willen profileren van bepaalde oppositieleden kan maken dat de kiezer afhaakt. Dat laat zien hoe belangrijk het is dat de gehele raad constructief samenwerkt. Kritiek is prima en zeker ook nodig, maar destructieve kritiek zonder oplossingssuggesties is dodelijk voor het aanzien van de politiek. Gelukkig heeft de kiezer daar invloed op door te kiezen voor verbindende en constructieve politici. Om die reden is het van groot belang dat zoveel mogelijk stemgerechtigde inwoners een stem uitbrengen bij de gemeenteraadsverkiezingen.
Ben Paulides,
fractievoorzitter DLW, www.democratischeliberalen.nl