Skip to content
Wassenaarders aan het woord

Kaatje Pomp-Water: een portret in woorden

Avatar foto
6 augustus 20254 minuten lezen

Kaatje is geboren in een huisje aan de rand van de dorpskern (de van Zuylen van Nijeveltstraat) maar tegenwoordig klinkt dat alsof ze is opgevoed op stand. Geboren dicht tegen de Rooie Buurt, dochter van een melkboer en een groentevrouw. Groeide op tussen het karnemelkvet, de andijvie en in de geur van kolen, soep en wasmiddel.

Ze draagt een mantelpakje die iets te duur lijkt, maar waarvan je weet: die heeft ze gewoon tweedehands gescoord bij de kringloop op het Stadhoudersplein. Haar schoenen zijn praktisch, haar handtas kraakt van de make-up, en ergens diep onderin zit nog altijd een oude schroevendraaier — “voor als er een hek kraakt” – en ouderwetse smousen (een soort boterbabbelaar).

Kaatje is zo’n vrouw waar je niet omheen kunt, zelfs niet als je het probeert. Ze heeft altijd al stevige kuiten en een nog steviger mening. Op haar veertiende schopte ze de opzichter van de moestuin van meneer Van Zuylen in de sloot, omdat hij zei dat vrouwen niet konden spitten. Sindsdien wist iedereen, met Kaatje viel niet te sollen.

Kaatje Pomp – Water. Beeld: PR

Kaatje is getrouwd met Sam en zij wonen in een ogenschijnlijk keurige straat in Wassenaar; de Kerkstraat.
Kaatje is zeventig, maar loopt nog rechtop alsof ze dagelijks lesgeeft in etiquette – wat ze stiekem ook een beetje doet. Het huisje is inmiddels net zo bekend in Wassenaar als de molen, het kasteel en Duinrell van de graven.

Ze draagt een lichtblauw mantelpak (“stijlvol zonder poespas”), altijd keurig gestreken. Haar parelketting ligt als een kroon op haar hals. Niet opzichtig, maar precies genoeg om te zeggen: ik ben hier, en ik bén iemand.

Kaatje rookt niet -“dat doet een dame niet”-, maar het mag gewoon ook niet van Sam. Als ze boos is, zie je hoe haar kaak zich spant alsof ze toch iets zou willen opmerken. Haar stem is vriendelijk maar onontkoombaar. In de bibliotheek noemen ze haar “de gravin van de Kerkstraat”. Ze keurt iedereen met een blik die vriendelijk lijkt maar niets mist.

Ze stuurt handgeschreven klachtenbrieven naar de gemeente (“met gevoel voor taal, niet voor toorn”) en organiseert de jaarlijkse burendag alsof het een ontvangst op Paleis Noordeinde betreft. Je krijgt er zelfgemaakte huzarensalade én een gedichtje mee naar huis.

Op dinsdag, marktdag, loopt ze met haar karretje langs de kramen in de Berkheistraat  en begroet iedereen met een glimlach en een lichte hoofdknik. De kinderen in het dorp noemen haar “oma Kaatje”, zelfs als ze niet haar eigen kleinkinderen zijn. Haar echte kleinkinderen? Die zijn dol op haar. Ze krijgen warme appelflappen en koude correcties: “Lieverd, dat zeg je niet tegen je moeder, zelfs niet als het waar is.”

Ze is het soort oma die op zondag de tafel dekt met linnen servetten én ketchup bij de friet toestaat – want traditie en realiteit hoeven elkaar niet uit te sluiten.
Kaatje heeft gezag, charme en een tikje theater. En als je haar hoort zeggen: “Schat, ik ben gewoon een meisje uit het Oude Dorp, alleen dan met net iets meer ervaring en een betere garderobe” dan geloof je haar meteen.

Ze spreekt met de dictie van een lerares (die ze ook is geweest), heeft het geheugen van een archiefkast en de warmte van een kop warme chocolademelk op een gure novembermiddag.

Kaatje praat niet veel, maar áls ze iets zegt, dan is het raak. Ze heeft de gave om met één blik een hele vergadering van de buurtvereniging stil te krijgen. En ze heeft een lach die klinkt als een stormbel op een schuurdeur – kort, luid en eerlijk. Sam zegt altijd: “Als Kaatje lacht, weet je dat je nog leeft.”

Ze houdt van sterke koffie, zure bommen, en het aanrecht blinkend schoon. Haar grootste zwakte? Oude volksliedjes zoals: Anne Marieke, waar ga je naar toe; Daar was laatst een meisje loos; Ik heb mijn wagen volgeladen; Komt mee naar buiten allemaal en meer van dat soort liedjes. Wat Kaatje is? Ze is het type vrouw waar je omheen wilt zitten als het buiten stormt. Geen franje, geen gedoe maar vaste grond onder je voeten.

Ze is het geheugen van de Kerkstraat, het morele kompas van de buurt en het stille hart van de familie. Ze heeft een stem waar je vanzelf naar gaat luisteren. Ze is het soort vrouw dat met een opgetrokken wenkbrauw meer zegt dan drie paragrafen en dat maakt haar perfect voor een column over het dagelijkse leven.
Dat is Kaatje Pomp bij iedereen bekend als ‘Tante Kaatje’.

Deel dit artikel
Tags
ColumnEven voorstellenIntroductieKaatje Pomp - WaterWassenaar
Gerelateerde artikelen

Geen reacties

Back To Top