Begin oktober 2024 zijn Peter Knijnenburg en ik, samen met Ellen Klaver, gestart met de verhalen over de Tweede Wereldoorlog in de digitale krant De Wassenaarders.nl . Verhalen die zij niet uit hun duim zuigen, maar voortkomen uit de WO2 archieven in het Nationaal Archief en in het archief van de Gemeente Wassenaar.
Peter en ik kennen elkaar al lange tijd en hebben onder andere samengewerkt bij bijeenkomsten in Wassenaar in kader van onze boeken over de Tweede Wereldoorlog. Ook hebben wij een gezamenlijke hobby: het doorzoeken van de archieven over de Tweede Wereldoorlog. En hiermee maken zij wel bijzondere dingen mee. Vooral bij het doorzoeken van de dossiers van en over de NSB-burgemeester Daniël de Blocq van Scheltinga.
Over deze NSB-burgemeester is al veel gepubliceerd in het boek Wassenaaar in de Tweede Wereldoorlog, maar Peter en ik blijven in hem geïnteresseerd, vooral over andere zaken dan in eerdere publicaties. En dat kan in het Nationaal Archief in twee soorten WO2-archieven. Het CABR-archief (het strafarchief) en het NBI-archief (het geldarchief) .Over dit laatste archief weet ik pas sinds 2023, toen ik onderzoek deed naar het dossier van een andere NSB-burgemeester. De burgemeester van Langedijk, nabij Alkmaar. Ik had van dit NBI-archief tot dan toe nog nooit gehoord. Maar een andere archief-onderzoeker maakte mij hierop attent.
Het NBI-archief staat voor het archief van het Nederlands Beheer Instituut, en dat was een organisatie van het ministerie van Financiën, direct na 5 mei 1945 opgericht. Een instituut met 20.000 ambtenaren en tientallen kantoren en depots in heel Nederland, met een doel: het afpakken van geld, vermogen en goederen van collaborateurs en Rijksduitsers om hiermee de schade van de oorlog te betalen. Bovendien kregen bijna alle collaborateurs een bewindvoerder boven zich, die de financiën beheerde van de foute Nederlanders en de Rijksduitsers. Deze bewindvoerders waren tot 10 jaar na de oorlog nog actief.
Dit archief is al vanaf 2018 volledig openbaar en bevat 140.000 dossiers. Iedereen kon tot 2025 zeer gemakkelijk in deze dossiers kijken. Maar ook konden van alle dossiers foto’s en scans gemaakt worden. Zo heb ik niet alleen foto’s en scans gemaakt van de dossiers van mijn opa, maar ook van de dossiers van twee NSB-burgemeesters Dirk Stoutjesdijk en Daniël de Blocq van Scheltinga.
Ik heb hierover dikwijls mijn verbazing uitgesproken bij de medewerkers van het National Archief, maar zij vertelden mij dan: ‘U doet maar wat u ermee doet, als u zelf maar de privacyregels in acht houdt.’ Dat doe ik sowieso. Vele foto’s en scans zijn m.i. zo intiem, dat ik deze absoluut voor mij zelf zal houden. Deze zijn m.i. te schadelijk voor de betreffende families.
Maar Peter en ik hebben nog een rare ervaring meegemaakt in het afgelopen jaar. En wel in het CABR-dossier van Daniël de Blocq van Scheltinga. Tot twee keer toe hadden Peter en ik een reservering gemaakt voor het dossier van de Wassenaarse NSB-burgemeester en tot twee keer toe, was het dossier niet in het archief aanwezig, terwijl het wel zou klaarliggen. Twee keer zijn wij voor niets naar het archief gereisd en konden direct weer naar huis. Samen hebben wij toen een klacht ingediend bij de Rijksarchivaris.
Maar op een gegeven moment kregen Peter en ik van de directie van het Nationaal Archief een seintje, dat we in het dossier van de NSB-burgemeester van Wassenaar konden kijken. Maar dan komt de grote verrassing. Het dossier van Daniël de Blocq van Scheltinga is zeer dun. Veel dunner dan het dossier van bijvoorbeeld het dossier van Dirk Stoutjesdijk, de NSB-burgemeester van Langedijk. Terwijl de rechtsgang tegen NSB-burgemeester van Wassenaar veel uitgebreider is geweest. Hij kreeg als eis de doodstraf, maar deze werd later omgezet in een lange gevangenisstraf.
Peter en ik vonden dus twee dingen vreemd. Eerst de dozen met materiaal zoek en dan vervolgens een paar velletjes in een doos. Het Nationaal Archief heeft hiervoor gelukkig excuses aan ons aangeboden en wij beiden mochten als compensatie de kelders van het Nationaal Achief bezoeken. De kelders met zoveel dozen. En konden wij zien dat heel veel medewerkers hard werken om alle stukken bij elkaar te zoeken voor alle bezoekers in de leeszaal. Iedere dag weer een grote klus. Vooral nu na 2 januari 2025.
Een ding vragen Peter en ik ons nog steeds af. Waarom het CABR-archief persé op een andere wijze openbaar moest dan het NBI-archief. Dat is voor ons onbegrijpelijk en door te kiezen voor het systeem digitaal en online is er nu veel onrust in heel Nederland. Ik heb hier zelf wellicht aan meegewerkt door op 30 oktober 2024 een officiële klacht in te dienen bij de Autoriteit Persoonsgegevens, waarna de bal is gaan rollen. Van deze klacht zijn de fracties in de Tweede Kamer door mij ook op de hoogte gesteld.
Ik ben zeer benieuwd wat uiteindelijk de oplossing zal zijn. Ondertussen is er bij tienduizenden Nederlanders veel onrust over hun (over)grootouders in de Tweede Wereldoorlog en maken journalisten en redacteuren van alle media overuren met het schrijven over de komende ontwikkelingen bij het Nationaal Archief.
Er zal nog heel veel gesproken worden over het Nationaal Archief, maar gelukkig hebben Peter en ik nog vele verhalen in gedachten. Verhalen waarvoor wij de komende maanden niet in het Nationaal Archief zullen zoeken, maar in het archief van de Gemeente Wassenaar. Op dit archief is en blijft het gelukkig stil.
Harry Vogels