Wassenaar – Het is zinderend heet. Op de Katwijkseweg staat een lange file richting Wassenaarse Slag. Als ik bij de Klip aankom, zie ik dat de weg naar het strand al is afgesloten voor het verkeer. Misschien is het toch niet zo´n goed plan om vandaag in deze grote mensenmassa wat verkoeling aan zee te zoeken. Ik gooi mijn plan om, maar ga eerst even langs bij Volkstuincomplex de Driesprong, vlakbij duinopgang de Klip.
Siertuinieren
Langs het hoofdpad van het terrein zie ik tussen de moestuinen een kleurrijke en rijkelijk begroeide siertuin. Twee vrouwen trotseren de warmte en zijn druk aan het schoffelen. De tuin heeft organisch gevormde borders met een slingerend pad erdoorheen. Annemieke Jansen en Natalie Neeteson leiden me graag even rond. Annemieke:“Wij zijn vorig jaar maart begonnen met deze siertuin. Hierachter het slootje ligt onze moestuin. Die hebben we nu zo’n acht jaar. Ondanks dat het een grote moestuin is van zo’n 220 m2 werd hij na een aantal jaren toch een maatje te klein; we wilden heel graag wat meer met bloemen doen.” De siertuin oogt volgroeid, iets wat in anderhalf jaar tijd bijna onmogelijk is. Alles bloeit en groeit, bijen en hommels zoemen voorbij en vlinders fladderen rond.“De grond is hier heel vruchtbaar: zavel, een combinatie van zand en klei, de ligging is gunstig: zonnig en redelijk beschut. Maar we zijn zelf ook verbaasd hoe de tuin zich in korte tijd heeft ontwikkeld. We hebben hem met beperkte middelen aangelegd. Bijna alles hebben we zelf gezaaid en we hebben een aantal stekjes van collega (moes)tuiniers gekregen. Het pad is van houtsnippers, wat een natuurlijke uitstraling geeft, maar wat ook goed is voor de beestjes. Van het snoeiafval hebben we een takkenril gecreëerd, waarin ze kunnen schuilen en overwinteren”, zegt Natalie lachend. We lopen langs verschillende soorten vlinderplanten, een sering, paarse en rode bergamotplanten, zonnehoedjes, ijzerhard, distels, kattensnorren, akeleien, juffertjes-in-het-groen, zandblauwtjes en lampenpoetsersgras, omgeven door hagen van veldesdoorn en aalbessen. Het is niet alleen een lust voor je ogen, maar ook voor je reuk en smaak doordat er geurende kruiden staan, zoals rozemarijn, lavendel en salie en eetbare planten waaronder Oost-Indische kers.
Stadse buitenmeiden
Gemiddeld drie keer per week werken Natalie en Annemieke in hun moes- en siertuin.“Voor ons is het geen werken, maar genieten, lekker wroeten met je handen in de aarde. Tuinieren is heerlijk ontspannend, en het is leuk om te zien hoe en wat er opkomt. We eten natuurlijk van eigen land, verser en smakelijker kan niet. Stilzitten is er niet bij, er zijn altijd wel grote of kleine klussen te doen”, zeggen ze in koor. Dat de vriendinnen er een stukje voor moeten rijden, is geen probleem. Annemieke woont in het centrum van Den Haag op een bovenetage en Natalie in oud Scheveningen in een huis met een piepklein tuintje. Natalie:“Voordat wij deze moestuin hadden, reed ik hier vaak voorbij als ik met mijn hond naar het strand of de duinen ging. Deze plek had altijd al iets magisch voor me. In Den Haag heb je niet zulke mooie volkstuincomplexen, behalve Klein Zwitserland, maar daarvoor is een wachtlijst van zo’n vijftien jaar. Mijn buurman had hier een volkstuin en nodigde me uit voor de open dag. Drie weken later kwam ik al in aanmerking voor een tuin.” Ook Annemieke was gelijk enthousiast en samen begonnen ze aan dit Wassenaarse groene avontuur. Ze hadden al enige ervaring. Annemieke’s vader had een moestuin in Zeeland en als kind struinde ze regelmatig bij haar oma in de tuin en hielp met het plukken van het fruit. Natalie heeft een flink aantal jaren getuinierd en een cursus Tuinarchitectuur gevolgd.
Insectenhotel
Ze zijn hot. In alle tuincentra kun je vandaag de dag insectenhotels kopen. Van eenvoudige huisjes tot luxueuze hotels waarin verschillende insectenfamilies een eigen onderkomen hebben. Voor vlinders, lieveheersbeestjes, solitaire bijen, gaasvliegen en kevers biedt het een nest en overwinteringsplek. De siertuin van Annemieke en Natalie is een waar insectenparadijs. Door de diversiteit aan nectarbloemen, de mix van voorjaars-, zomer- en najaarsbloeiers, nestkastjes en rommelige hoekjes, waarin beestjes kunnen schuilen en nestelen is het er goed toeven voor insecten, vlinders en vogels. Annemieke is tuinvogelconsulente bij de Vogelbescherming en weet hoe je een diervriendelijke tuin kunt creëren.”Op aanvraag kom ik op bezoek en geef ik advies over hoe je je tuin vogelvriendelijker kunt maken. Ik inventariseer de wensen, bekijk de structuur en beplanting van de tuin en schrijf een uitgebreid rapport met aanpassingen die wenselijk zijn. Daarnaast krijgen de klanten een lijst met planten die geschikt zijn, zoals besdragende heesters en zaadvormende nectarplanten. Ik maak geen tuinontwerp, maar geef in een vlekkenplan aan waar wat moet komen. Met mijn advies en bevindingen kunnen klanten zelf aan de slag. Voor leden van de Vogelbescherming kost het € 25,-, voor niet leden € 40,-.”
Urban farming & guerrilla gardening
Niet iedereen is het gegeven om in een groene en natuurlijke omgeving als Wassenaar te wonen of een volkstuin te hebben. Maar ook in de steden is er de laatste jaren meer oog voor groen, ondanks de bebouwing en het feit dat steeds meer mensen hun tuin betegelen. Dakterrassen, verticaal tuinieren, watertuinen, groene schoolpleinen en gezamenlijke tuinprojecten, het is allemaal in opkomst. Braakliggende terreinen worden door guerrilla gardening – zaadballen met een bloemenmengsel – van grauwe grond omgetoverd tot vrolijke wilde bloemenvelden. Stadsimkeren heeft de toekomst en er zijn steeds meer initiatieven voor stadslandbouw in leegstaande kantoorpanden. “Als we hier zijn, zijn we even weg uit de stadse hectiek en ons dagelijks leven. We genieten hier volop, vooral van de zomeravonden, de verstilling, het zomerse briesje en het warme avondlicht. Vooralsnog is Den Haag een fijne en praktische plek om te wonen. Je kunt daar goed parkhoppen. Je loopt zo van het ene park het andere park in. En er zijn ook leuke initiatieven zoals Emma’s Hof, een gezamenlijke openbare binnentuin geïnitieerd door de buurtbewoners”, zegt Annemieke zichtbaar tevreden.
Moestuinieren
Moestuinieren is behoorlijk arbeidsintensief. Natalie: “Alleen was ik er niet aan begonnen, maar samen is dit heel erg leuk. We tuinieren biologisch. Het ene jaar doet het ene gewas het beter dan het andere en we zoeken steeds naar de juiste combinaties van gewassen. In een logboek houden we bij wanneer en wat we zaaien, planten en oogsten.” “ We doen aan wisselteelt, dat houdt in dat we vier plantenvakken hebben, waarbij we jaarlijks de gewassen verplaatsen naar het daaropvolgende vak. Dit om te voorkomen dat de grond uitgeput raakt. De koude bak vormt de overgang van de warme kas naar de koude grond”, vervolgt Annemieke. Courgettes, pompoenen, sla, prei, artisjok, rabarber, knoflook, aardappels, aardperen, vijgen, tomaten en kruiden, alles komt bij Natalie en Annemieke tot volle wasdom.
Het moestuinieren beleeft een come-back. Voor wie een kleine tuin, balkon of dakterras heeft, is de vierkante meter minimoestuin een leuk concept om eigen groenten, fruit en kruiden te kweken.
Tuiniertips en favorieten
De bergamotplant, kaardebol en ridderspoor zijn de favoriete sierplanten van Annemieke. Natalie is verrukt van de oosterse papaver, duifkruid en zonnehoed. Planten die allemaal passen bij het natuurlijk tuinieren. Als ik de naam van Piet Oudolf noem, worden beide dames heel enthousiast. Piet Oudolf is een van de hedendaagse toonaangevende tuin- en landschapsontwerpers, van internationale allure. De Prins Bernard Cultuurfonds Prijs 2013 is aan hem toegekend vanwege zijn unieke werk. “Zijn stijl is zo herkenbaar, met geraffineerde combinaties van siergrassen en een mix van in- en uitheemse planten, die elk seizoen weer voor een bijzonder schouwspel zorgen. Toen hij zijn kwekerij in Hummelo nog had, kwam ik daar graag”, zegt de enthousiaste Natalie.
Voor de beginnende moestuinier heeft Annemieke tot slot nog wat praktische tips.“ Begin met gemakkelijke gewassen zoals radijs, rucola, tomaat en courgette. Zo vergroot je de kans op succes. Kijk naar anderen, hoe zij het doen. Laat je grond op pH-waarde testen – daarvoor zijn bij de tuincentra heel eenvoudige testjes te koop – en pas daarop je bemestingsplan aan. Kijk naar de ligging en tuinier niet te netjes. En bovenal, ga er lekker van genieten.”
Ik neem afscheid van deze twee bevlogen tuiniersters, die van aanpakken weten en oog voor de natuur hebben. De vriendinnen zitten duidelijk op een lijn, de één uitbundig, de ander bedachtzaam, maar ze delen dezelfde passie. Annemieke duikt nog even de siertuin in en komt terug met een prachtige bos dahlia’s. Met dit boeket en een aantal courgettes vertrek ik, op zoek naar een koele plek onder een van de majestueuze bomen die Wassenaar rijk is.
© Manon van Schaik
Gespot in Wassenaar
In ‘Gespot in Wassenaar’ gaat Manon deze lente, zomer en herfst op zoek naar Wassenaarders met een favoriete buitenplek of bijzonder buitengevoel in Wassenaar. Een bekend stukje of juist een geheim stukje Wassenaar. Een buitengevoel of -plek waar anderen even van mogen meegenieten. Heeft u zelf een mooi verhaal bij een bijzondere plek of buitenbelevenis, stuur dan een mail naar info@wassenaarders.nl.