Wassenaar – Het is hartje winter, maar de natuur doet anders geloven. Zwanen maken een nest, vogels fluiten hun ochtendrefrein en de magnolia´s staan op springen. Op de Wassenaarse Slag is een aantal stoere mannen al bezig met de opbouw van een van de strandtenten. Misschien krijgen we nog een vorstperiode, maar de lente wacht ons op, het seizoen waar velen van ons naar uitkijken. Zo ook Anton Overklift Vaupel Klein, voor wie Strandpaviljoen Sport op de Wassenaarse Slag al jaren als zijn tweede thuis voelt.
Diep dal
“Dat ik zo van de Wassenaarse Slag zou gaan houden, kon ik een flink aantal jaren geleden niet vermoeden. Ik ben door een diep dal gegaan voordat ik de schoonheid van het strand, de zee en de daar ontstane warme vriendschappen ben gaan waarderen.” Anton leefde jaren lang een gelukkig leven. Met zijn vrouw Yvonne en zoon Bob dacht hij alles op de rails te hebben. Maar het lot bepaalde anders. Een zeldzame tumor aan zijn aorta manifesteerde zich op 36-jarige leeftijd. “Ik veranderde enorm, ik leefde in strijd met mezelf. Ik werd een bange man, ik was vooral heel bang voor de dood.” Toen niet lang daarna een echtscheiding volgde, stortte hij volledig in.
Bijzondere vriendschappen
Anton vervolgt: “Daarna begon een pittige revalidatieperiode. Mijn lieve vrienden Jan en Corrie van Egmond hebben mij een aantal weken in huis genomen. Zij zijn enorm belangrijk voor mij geweest, helaas leven zij niet meer. Ik ging weer aan het werk, maar ik voelde me vaak eenzaam en verdrietig. Een schrijfwedstrijd waaraan ik meedeed, zorgde voor een ommekeer. Dertien kinderverhalen werden geselecteerd en gebundeld in het boekje ‘Alle dertien leuk’, waarvan de opbrengst naar de CliniClowns ging. En mijn verhaaltje, waarin mijn zoontje de hoofdrol speelde, werd daarin gepubliceerd. Ik merkte dat ik schrijven leuk vond. Inmiddels was ik steeds vaker aan het uitwaaien op het strand en had ik mijn vaste loopje naar Strandpaviljoen Sport. Sander van der Kroft had net het strandpaviljoen van zijn ouders overgenomen. Daar ontstond een innige vriendschap met Sander en Irma. Zij, de ouders van Sander, Fred en Tini, én Jan en Corrie hebben mij uit die moeilijke periode getrokken. Ik hoorde er weer bij, dat voelde heel fijn.” Als Bob weer bij hem komt wonen, beseft Anton dat er nog veel is om voor te vechten. Ik zie, hoor en voel in Antons woorden dat hij het over bijzondere en onvoorwaardelijke vriendschappen heeft, en dat deze periode hem diep heeft geraakt.
Ontmoetingsplek op het strand
Anton was ondertussen niet meer weg te slaan van het strand. Elke dag reed hij rechtstreeks uit zijn werk door naar Strandpaviljoen Sport. “Voor mij werd het een ontmoetingsplek. Mij hele sociale leven speelde zich daar af. En ik vond en vind het leuk om als vriendendienst hand- en spandiensten voor Sander en Irma te verrichten. Op een avond was er een zeehond aangespoeld. Ik ging het beestje fotograferen, schreef er een stukje bij en stuurde het naar de Wassenaarder. Een paar dagen later stond mijn foto met tekst in de krant. Ik was inmiddels al over de veertig, maar echt, ik was zo blij als een kind. Ik ging steeds meer fotograferen. Elke dag was er wel wat op het strand te beleven dat de moeite waard was om vast te leggen. Ook deze foto’s stuurde ik naar de Wassenaarder. Tot op de dag dat ik een telefoontje van de hoofdredacteur kreeg. Of ik niet als freelancer voor hen wilde gaan werken en met mijn fototoestel naast het strand ook het dorp in beeld wilde gaan brengen. Dat kan ik niet, was mijn eerste gedachte, maar ik heb het wel opgepakt. Als ik weer even twijfelde, stond mijn ex-schoonmoeder Lies van de Velde mij met raad en daad bij”, zegt Anton bevlogen. En met succes. Want door zijn werk voor de Wassenaarder is hij ook bij De Telegraaf als fotograaf voor regio Haaglanden terecht gekomen. In 2012 heeft hij zijn werk voor de Wassenaarder – op het moment dat de toenmalig hoofdredacteur afscheid nam – verruild voor De Wassenaarse Krant. Anton is trots, maar door al zijn woorden sijpelt grote bescheidenheid.
Boekje in de branding
Anton toont mij een aantal foto’s. Een stralende Ronald Plasterk als minister van Onderwijs – ten tijde dat zijn politieke carrière er nog zonnig uitzag – met zijn blote voeten in de branding omringd door twee dames van de Wassenaarse strandbieb. “Ja, dat is een mooi verhaal.”, zegt Anton. “Minister Plasterk zou de strandbibliotheek in Wassenaar officieel openen. Het was vrijdag, voor mij geen interessante dag om foto’s aan De Telegraaf te leveren, omdat er op zaterdag geen Haagse pagina is. Na een officiële fotosessie voor de Wassenaarder, stelde ik Plasterk voor nog een foto in de zee te maken. ‘Nee’, zei zijn woordvoerder zeer stellig: ‘de minister gaat de zee niet in!’ Maar wat schetste mijn verbazing? Plasterk trok zijn schoenen en sokken uit, rolde zijn pijpen op en nodigde mij en de twee meiden van de bieb uit om met hem naar de branding te lopen. De foto’s waren zo leuk en spontaan dat ik toch maar besloot ze door te sturen. De volgende ochtend lag De Telegraaf op mijn deurmat met op de voorpagina mijn foto als hoofdfoto met als kop ‘Boekje in de branding’”, zegt Anton glunderend.
Razende Rutte
Dat het niet altijd vlekkeloos verloopt met bewindslieden blijkt wel uit de strandontmoeting met premier Rutte. Anton: “Rutte was gespot met een man op het strand. Op zich niets bijzonders, maar het was de dag voordat hij vermoedelijk het ontslag van zijn eerste kabinet aan de Koningin zou aanbieden. De Telegraaf vroeg mij er achteraan te gaan, maar ik weet dat zoiets niet goed valt. Ik heb toch maar de achtervolging ingezet en gewacht tot het moment dat Rutte en zijn gezelschap zouden omkeren. Klik, klik, klik, ik had hen voor mijn lens. Maar Rutte werd razend, hij ging helemaal uit zijn dak, ten overstaan van alle andere wandelaars. Hij schreeuwde dat ik moest stoppen. Ik had Rutte al eerder ontmoet bij Strandpaviljoen Sport toen hij daar een feest voor zijn campagneteam gaf. In al zijn woede dacht ik even een vage blik van herkenning te zien. ‘Zoals je wilt, Mark. Ik heb liever dat je nog een keer terugkomt bij het strandpaviljoen voor een gezellig feestje dan dat ik deze foto’s doorstuur naar De Telegraaf. Dat beloof ik je!’ Echt ik voelde me vreselijk. Met knikkende knieën liep ik naar de Sport, het huilen stond me nader dan het lachen. Ik was nog aan het bijkomen met een kop thee toen ik Rutte aan zag komen, zonder zijn gezelschap. Oh nee, dacht ik, dit wordt gedoe over advocaten. Hij liep op me af, sloeg me op mijn schouder en verontschuldigde zich voor zijn gedrag. ‘Kom we gaan samen een wandeling maken en neem je camera mee!’, zei hij tot mijn grote verbazing. Gezamenlijk liepen we de loopplank af richting zee, hij met een ´troostende´ arm over mijn schouder, ik voelde me een hele kleine jongen. Ik heb daarna nog een mooie fotoreportage met een zeer ontspannen Mark Rutte kunnen maken, die wederom de voorpagina én paginabreed het eerste katern haalde met daarbij wat foto inzetjes van gebeurtenissen eerder die week: ‘Rutte aan het uitwaaien na een zeer turbulente week’.”
Paparazzi
Paparazzi is gekscherend Antons bijnaam. Maar dat Anton geen doorgewinterde paparazzi is en nooit zal worden is wel duidelijk. “Een professionele fotograaf had de ontmoeting met Mark Rutte heel anders aangepakt. Die had het van zijn olifantenhuid laten afglijden. Ik ben een amateur die toevallig leuke foto’s voor de krant maakt, maar eigenlijk ben ik te gevoelig voor dit werk”, zegt onze integere Wassenaarse paparazzi. En juist door die integriteit krijgt hij ook weer dingen voor elkaar. Zo heeft hij Neelie Kroes een keer ‘bevrijd’ tijdens een overvolle opening van een notariskantoor. Het ijs was gebroken en als dank mocht hij de volgende ochtend foto’s van Neelie in haar favoriete natuurgebied Lentevreugd maken. Daar heeft hij haar heel naturel geportretteerd, zoals weinigen onze eurocommissaris zullen kennen. Anton: ”Maar het zijn niet alleen maar succesverhalen. Zo moest ik burgemeester Jan Hoekema en oud-fractievoorzitter van de VVD Bert Ooms in opdracht van hun achterban fotograferen, nadat zij met elkaar gebrouilleerd waren geraakt. Daar stonden ze voor Raadhuis de Paauw elkaar nog wat ongemakkelijk de hand te schudden, het was net weer pais en vree. Maar mijn fototoestel bleek een technische storing te hebben. Ik heb een hele serie loze foto’s geklikt, omdat ik in deze gespannen situatie niets durfde te zeggen. Met een smoes heb ik daarna mijn andere camera uit de auto gehaald en heb ik nog een serie gemaakt. Achteraf konden beide heren er smakelijk om lachen. En nog zo’n misser: ik zou in een overvol restaurant een fotosessie maken van het voltallig personeel. Het was allemaal zeer goed, tot op de seconde, geregisseerd door de eigenaar. Op het moment dat iedereen in de juiste houding was gesprongen tussen de dinerende gasten, bleek dat mijn memorycard thuis nog in mijn computer zat. Dat vergeet ik nooit meer, en ik heb dat nog lang, heel lang moeten horen.”
Het komend seizoen
Anton kijkt uit naar het komend strandseizoen. Heerlijk genieten van het strand, de zee, zomerse ontmoetingen en verrassende fotomomenten. Inmiddels heeft hij met zijn ex-vrouw een mooie vriendschapsband opgebouwd. Op zaterdag borrelt hij gezellig mee met Yvonne en haar vriendinnen, die hij met een knipoog de (h)eksenclub noemt. Met een stoere vrouwenclub wandelt hij twee tot drie avonden in de week door Wassenaar. En met Rob en Lies, zijn ex-schoonouders, en zoon Bob is hij elke maandagavond in het Sterrenbad te vinden. “Als ik van mijn werk in Den Haag via de Lange Kerkdam Wassenaar inrijd, voel ik dat ik weer thuis ben”, zegt Anton zichtbaar tevreden. Anton heeft zijn leven weer in eigen handen en het zomerseizoen lacht hem toe. Als in het najaar ‘zijn’ strandpaviljoen in de berging wordt opgeslagen, pakt hij zijn plunjezak op wieltjes en vertrekt hij samen met een reiskameraad voor een flink aantal weken op de bonnefooi naar Azië. Om daar te genieten van de natuur, het eten, de bevolking en al het moois en onverwachtse wat op hem afkomt. Natuurlijk met zijn fototoestel in de hand. “Pure mensen fotograferen, dát vind ik echt het allermooiste wat er is!”
© Manon van Schaik
Gespot in Wassenaar
In ‘Gespot in Wassenaar’ gaat Manon op zoek naar Wassenaarders met een favoriete buitenplek of bijzonder buitengevoel in Wassenaar. Een bekend stukje of juist een geheim stukje Wassenaar. Een buitengevoel of -plek waar anderen even van mogen meegenieten. Heeft u zelf een mooi verhaal bij een bijzondere plek of buitenbelevenis, stuur dan een mail naar info@wassenaarders.nl.