Wassenaar – In het museum bevindt zich een prent waarop is afgebeeld de brand op 16 februari 1864 van het Schielandshuis, waarin destijds het Museum Boymans was gevestigd.
De prent toont de dramatische gebeurtenis, maar er hoort ook een verhaal bij, zoals blijkt uit een krantenverslag en uit brochures waarin een ruzie over brandspuiten werd uitgevochten.
In de gemeenteraad van Rotterdam op 19 februari 1864 zei de voorzitter: “de geduchte ramp, die onze gemeente getroffen heeft op den 16 dezer maand, door het geheel afbranden van een onzer aanzienlijke gebouwen en nagenoeg geheel vernielen der kostbare verzamelingen van kunst en wetenschap, die zich daarin bevonden.” Later in de vergadering vroeg gemeenteraadslid Ledeboer:
“Of de Luiksche brandspuit, die in der tijd is aangekocht, en die als zoo veel voortreffelijker dan onze gewone brandspuiten werd geschetst, bij deze gelegenheid gebezigd , en of die meerdere voortreffelijkheid toen gebleken is”
Het antwoord luidde: “Wat de Luiksche brandspuit aangaat, daaromtrent is in der tijd door den directeur der gemeentewerken een gedetailleerd rapport uitgebracht”, waarnaar spreker meent te kunnen verwijzen. Hij kan er bijvoegen, dat deze brandspuit, voor zoo ver ze beproefd werd, aan de verwachting beantwoordt. De heer Ledeboer vraagt, of dit gebleken is ter gelegenheid van den brand in het Museum Boymans? De beer Joost van Vollenhoven antwoordt, dat de Luiksche spuit bij deze gelegenheid niet in werking is geweest en ook niet in werking kon gebracht worden, daar zij tot dat doel niet werd aangekocht. Men neemt er proeven mede en eerst wanneer de ondervinding tot bepaalde resultaten zal hebben geleid, kan dat tot een beslissing gebracht worden.
De “Luiksche spuit” was geleverd door de handelaar Hoven uit Den Haag die de Luikse fabrikant Beduwe hier vertegenwoordigde. Hij was daarmee een concurrent van Bikkers, een Rotterdamse brandspuitfabrikant. Hoven schreef een brochure over “de slechte toestand der Brandbluschmiddelen in Nederland”. Een “deskundige” schreef een tegengeluid en liet weinig heel van Hoven’s verhaal. Ook Bikkers ging er tegenin met een open brief (in brochurevorm). De heren scholden elkaar in zeer beschaafde termen de huid vol.
In de verzameling van het Brandweermuseum Wassenaar zijn de brochures aanwezig. Ze zijn weer even aan de vergetelheid ontrukt bij het voorbereiden van de tentoonstelling van prenten en tekeningen, die op 25 augustus a.s. geopend wordt.
Column Brandweermuseum Wassenaar
Ook in een klein museum als het Brandweermuseum Wassenaar gebeurt van alles dat voor de meeste mensen verborgen blijft. Niet omdat het geheim is, maar omdat er meestal geen gelegenheid is om er over te berichten. Met deze wekelijkse column willen we dat veranderen. De ene week kan het gaan over een schenking, dan weer over een bijzondere ontmoeting, over een probleem met de vaste collectie, over de dringende behoefte aan hulp of over iets waarop we trots zijn. brandweermuseum@wassenaar.nl, www.brandweermuseumwassenaar.nl ook op twitter en facebook.