Wassenaar – Werken aan de collectie van Brandweermuseum Wassenaar als vrijwilliger. Is dat leuk, is dat belangrijk? Om dat te weten is het goed met een paar voorbeelden de collectie een beetje te leren kennen.
In de afgelopen 90 jaar is er veel verzameld. De basis is gelegd door Gerard van der Mark, al voor 1923. Maar ook daarna is de collectie uitgebreid. De grootste stukken in het museum zijn de handbrandspuiten. Daarvan hebben we er zes grote en nog een aantal kleintjes. De oudste is uit 1695, uit de fabriek van Jan van der Heijden, aangekocht door de Baljuw van Wassenaar. Bijzonder zijn ook de spuiten die door Prins Frederik in 1861 zijn gekocht voor De Paauw, wat toen een groot landgoed was.
De kleine handspuiten zijn gebaseerd op het ontwerp van Martinus van Marum uit het einde van 18e eeuw. Bij die brandspuiten, de grote en de kleine, horen verhalen. Over de makers, hoe ze gemaakt zijn, over degenen die ze hebben aangeschaft, over hoe ze gebruikt werden, hoeveel brandweermensen nodig waren om ze te bedienen, wie er mee gewerkt hebben en waar ze zijn ingezet. Verhalen maken de oude spullen echt interessant, zo komt de geschiedenis tot leven. Daarbij helpt het ook dat er historische prenten in de collectie van het museum aanwezig zijn en documenten.
Van die historische prenten bezit het museum er meer dan veertig. Allemaal afbeeldingen van belangrijke branden in Nederland. De prenten nodigen uit om te speuren naar wat er nog meer over de afgebeelde gebeurtenis te weten te komen is. Zo is er een prent van een brand van marktkramen in Den Haag. Een van de kraamhouder, een donkere zigeunerin, heeft ijverig geholpen om alle spullen zo veel mogelijk bij de eigenaren terug te brengen, voor zover ze te redden waren. Dat was van zo’n donkere zigeunerin niet verwacht. Ze was eerlijk en behulpzaam.
Ook een brandblusser kan een verhaal vertellen. De emmerspuiten zoals die in het museum te zien zijn werden bijvoorbeeld ook veel gebruikt tijdens de Blitz in Londen om kleine brandjes te blussen. De Minimax was in de eerste helft van de vorige eeuw erg beroemd. Bij het jubileum van de fabriek kregen kunstenaars de opdracht om reclames te ontwerpen voor deze brandblusser. Een we kunnen ook de brandblusser zien zoals die door Donald Duck in zijn mislukte loopbaan als brandweerman werd gebruikt.
Uit een lijst met brandweerpersoneel uit 1916 blijkt dat de bekende Wassenaarse namen zoals Knijnenburg, Van Egmond, Kortekaas, Overdevest ook toen al voorkwamen. Dat maakt je nieuwsgierig kunnen we die familierelaties nog in kaart brengen en de lijn doortrekken van 1916 tot 2016?
Bij filmfragmenten van de brand op het terrein bij de Maaldrift in 1993 bleek dat de brandweermensen een half uur in hun onderbroek aan de kant van de weg moesten wachten op vervangende kleding, omdat er asbest vrij gekomen was.
Een eenvoudig krantenknipsel uit 1948 vertelt dan weer het verhaal van het feestje van de Jeugdspaarbank. Op de foto zie je vijf kinderen van een jaar of negen. Wie zijn dat? Ze moeten nu dus 76 jaar zijn.
Als vrijwilliger er voor zorgen dat de verzameling goed wordt geregistreerd, goed wordt gedocumenteerd, genummerd, opgeborgen is dus veel meer dan alleen maar nuttig praktisch werk. Het helpt om de geschiedenis tot leven te brengen en voor toekomstige generaties te bewaren. Dat geldt voor handbrandspuiten, blusemmers, onderscheidingstekens, uniformen, brandmeesterstokken, brandblussers, ademluchtapparatuur, straalpijpen, schoenen, communicatiemiddelen, documenten, archiefstukken, knipsels, prenten, foto’s, films, boeken, modellen en wat er allemaal meer in de uitgebreide verzameling aanwezig is.
Meehelpen om voor dit Wassenaarse erfgoed te zorgen is dus inderdaad leuk en zeker ook belangrijk. Meldt u aan als vrijwilliger: brandweermuseum@wassenaar.nl