Skip to content

Gebouwen Met Een Bijzondere Rol Tijdens WOII – Deel 3

5 mei 20203 minute read

Generalkommissar für Verwaltung und Justiz dr. Friedrich Wimmer neemt zijn intrek in kasteel Duinrell. Duinrell is dan nog een groot particulier landgoed dat wordt bewoond door de familie Van Zuylen van Nijevelt. De hoofdbewoner, Philip Jules graaf van Zuylen van Nijevelt, is bij het uitbreken van de oorlog op zijn landgoed gesneuveld.

In de chaotische meidagen van 1940 maakt hij samen met een Nederlandse officier per auto een inspectietocht over Duinrell. Als de chauffeur een stopteken negeert, lost een Nederlandse soldaat een schot op de auto, waarop de graaf dodelijk wordt getroffen. Hij wordt op Duinrell begraven. Zijn vrouw en kinderen verlaten het kasteel en wonen tijdens de bezetting elders in Wassenaar. Dr. Wimmer laat naast de ingang van Duinrell aan de Storm van ’s-Gravesandeweg een huis bouwen voor zijn personeel. Dit huis (als je vanaf de Storm naar de kassa van Duinrell loopt staat het links, een eind van de weg) is nu nog een tastbare herinnering aan de bezetting. Wimmer verhuist later naar het oosten van het land. Het kasteel wordt dan nog sporadisch gebruikt door Duitse militairen. De rentmeester van Duinrell kan ternauwernood voorkomen dat het kasteel door brand wordt verwoest. Lang na de oorlog, in 1986, wordt kasteel Duinrell alsnog afgebroken.

KasteelDuinrell WOII

Kasteel Duinrell, ongedateerde foto.

Een monument dat de oorlog fier doorstaat en tot op heden in goede staat verkeert, is de korenmolen bij het Molenplein. In een tijd waarin veel molens als achterhaald worden beschouwd en onder de slopershamer vallen, is het de familie Mansvelt die de Wassenaarse molen in bedrijf houdt, zij het dat veel maalwerk door machines is vervangen. Met name tijdens de Hongerwinter (1944/1945), als er gebrek aan brandstof en voedsel is, blijkt de molenaar ineens een reddende engel. Dankzij de wind kan de molen gewoon blijven malen. Naast allerlei soorten graan worden dan bij gebrek aan beter tulpenbollen gemalen. Naar eigen zeggen weet molenaar J. Mansvelt op deze manier “duizenden particulieren van de hongersnood te redden”. Mansvelt probeert via de molen ook stroom op te wekken, maar zijn pogingen hebben weinig succes. Na de oorlog maalt de familie Mansvelt nog ongeveer vijftien jaar door, om dan de molen aan de gemeente Wassenaar te verkopen. 

KorenmolenWassenaar

Molen Windlust, ansichtkaart verstuurd in 1941.

We eindigen onze tocht bij het theepaviljoen op de Horsten. Tegenwoordig een romantisch gebouwtje waar je (helaas tijdelijk onderbroken door de Coronacrisis) heerlijk op het terras kunt zitten. Tijdens de bezetting speelde het gebouwtje een belangrijke rol in de jachtpartijen die de Duitsers hier hielden. Tot grote woede van de eigenares, koningin Wilhelmina die naar Engeland was uitgeweken, werd op de Horsten van 1942 tot 1944 tijdens het jachtseizoen gejaagd op fazanten, eenden en hazen. De Duitsers kwamen meestal met ongeveer tien man. Soms was het beruchte hoofd van de politie Hanns Rauter ook van de partij. De groep werd aangevuld door ongeveer dertig Nederlandse drijvers, meestal mensen die in de omgeving woonden. De jacht duurde de hele dag en werd onderbroken door een lunch in het Schiethuis, het tegenwoordige theepaviljoen. De jachtopzichter van de Horsten, Klaas Lamboo, die met zijn gezin op het terrein woonde, werd na de bevrijding op staande voet ontslagen. Zijn dochter Anne probeerde nog decennia lang haar vader te doen rehabiliteren, maar tevergeefs.

jachtslotopraaphorst

Schiethuis (nu theepaviljoen) in de Horsten, ongedateerde foto.

Fotocredit: Alle getoonde afbeeldingen komen uit de collectie van Robert van Lit.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tags

75 jaar VrijheidGebouwen met een verhaalTweede WereldoorlogWassenaar

Geen reacties

Gerelateerde artikelen
Back To Top